• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de eerste sidebar

Schaaktrainer Jop Delemarre

jop@schaaktrainer.nl
  •  
  • JEUGDSCHAAK
    • Toptraining
    • Schaken op school
  • SCHAAKTRAINING
    • Privé schaaktraining
    • Online schaaktraining
    • Club schaaktraining
    • Schaak cadeaubon
  • ONLINE CHESS LESSON
  • SCHAAKTRAINER
  • AGENDA
  • LEERHOEK
  • OVER ONS
    • Delemarre Chess Academy
    • Activiteiten DCA
    • Jop Delemarre
  • CONTACT
Home » Leerartikelen » Pagina 2

Leerartikelen

27 mei 2016 by j@p

Ongelijke materiaalverhoudingen tijdens Schaakkamp

[/fusion_builder_row][/fusion_builder_container]

[/fusion_text]
[/fusion_builder_column][/fusion_builder_column]
[/fusion_builder_row][/fusion_builder_container]
[/fusion_text]
[/fusion_builder_column]

Voorbeelden schaaktraining DCA Schaakkamp 2016

Een gezellig- en leerzaam weekend waarin je schaaktraining krijgt met veel verschillende werkvormen, zoals stellingen uitspelen, tactiekoefeningen, klein plan, spelletjes en rekenstellingen. Toch hebben al die verschillende onderdelen een link: ongelijke materiaalverhoudingen. Een uniek onderwerp dat nog nooit in een schaaktrainingsweekend aan bod is gekomen.

Voorbeeld schaaktraining bij DCA schaakkamp 2016
Boris Friesen

Bij een ongelijke materiaalverhouding kun je denken aan een kwaliteit tegen pion(nen) maar ook pionnen tegen een stuk of meerdere stukken tegen een dame. Na een schaakweekend oefenen en spelen kun je de opgedane kennis en vaardigheden direct in je partijen toepassen. Een ongelijke materiaalverhouding komt vaker voor dan je denkt. Ook bij de top grootmeesters is dit geen uitzondering.

 

Ivanchuk – Timman (1994)

Speelt wit op winst vanwege de vele geïsoleerde pionnen bij zwart, speelt zwart op winst omdat hij materiaal voor staat of is het potremise?

 

 

Kasparov – Shirov (2001)

Zwart heeft goede remisekansen in deze stelling. Bijvoorbeeld Kf7 gevolgd door Th8 – h7. Zwart speelde het ondoordachte 1…Kf5?? en ging mat na 2.Td4!

Tijdens het schaakkamp zie je niet alleen de kinderen van jouw trainingsgroep. In de ruime pauzes is er veel tijd om te voetballen of binnen spelletjes te doen samen met de andere groepen. Er zijn elk jaar ook deelnemers die er geen genoeg van krijgen en de pauzes gebruiken voor snelschaken en doorgeefschaak.

Voor ieder wat wils, kom jij dus ook?

Meer informatie over het DCA Schaakkamp vindt je op deze pagina.

1 juni 2015 by j@p

De Nievergelt Manoeuvre

Door: Florian Jacobs

Fischer Andersson
Fischer-Andersson, na 12…Le6

13.Kh1! Dd7 14.Tg1 Tad8 15.Pe4 Df7 16.g4!

Voilà: de Nievergelt-manoeuvre in optima forma. De koning schrijdt een stap zijwaarts en maakt ruimte voor de toren die samen met de g-pion onrust komt stoken over de g-lijn. Dit voorbeeld stamt overigens uit een partij van Fischer tegen Andersson, uit 1970, dus twee jaar voordat Fischer wereldkampioen werd. Andere voorbeelden van deze greep tot het initiatief uit het topschaak zijn er ook in de 21e eeuw.

Neem de volgende partij:

Morozevich-McShane, na 15.Le1
Morozevich-McShane, na 15.Le1

In het prestigieuze Tal-Memorial, editie 2012, vloog McShane zijn collegawereldtopper Morozevich naar de keel met 15…Kh8! 16.Pe2 Tg8 17.Pg3 g5!

Allemaal leuk en aardig, maar waarom heeft dit idee zo’n curieuze naam meegekregen? In 1959 vierde de oudste schaakclub van de wereld, de Schachgesellschaft Zürich haar honderdvijftigjarig bestaan met een jubileumtoernooi. Tal, die een jaar later wereldkampioen zou worden, speelde zoals alleen Tal dat kon en won het toernooi voor Gligoric, Keres en de jonge Fischer.

Ook zes Zwitsers deden mee in het zestienkoppige toernooi. Ze scoorden allemaal minder dan vijftig procent. Helemaal onderaan eindigde Erwin Nievergelt met 2,5 uit 15. Van hem was nochtans aardig wat verwacht. In de jaren vijftig had de in 1929 geboren Nievergelt al aardig wat schaaksuccessen geboekt. Hij werd vijf keer clubkampioen van Zwitserland, deed twee keer mee aan de schaakolympiade en was in 1954 nog voor Euwe geëindigd bij een internationaal toernooi in Zürich. Bij het jubileumtoernooi in 1959 ging echter vrijwel alles mis. Nievergelt verloor de eerste vijf ronden, scoorde uit de volgende vijf ronden één schamele remise en kreeg in de elfde ronde de grote Paul Keres tegenover zich. Het zal u niet verbazen dat Nievergelt de partij met wit rustig opzette, met de ruilvariant van het Spaans.

Na negen zetten stond het als volgt:

Nievergelt Keres
Nievergelt-Keres, na 9…f6

Hier waren Euwe en Tal eerder verder gegaan met respectievelijk 10.d4 en 10.b3. Nievergelt bracht een nieuwtje op het bord met 10.Kh1!? De nietsvermoedende Keres keek er niet van op en vervolgde zijn paardmanouevre met 10…Pe6. Nievergelt legde zijn kaarten één zet lang nog niet op tafel, maar ging na 11.Pe3 De8 voor zijn manoeuvre met 12.Tg1!?

Nievergelt-Keres, na 12.Tg1!?

Ziedaar, schaakgeschiedenis! Alstublieft, meneer Keres! Hoe zou de grote Est hebben opgekeken? Gedeon Barcza, die het partijcommentaar in het toernooiboek voor zijn rekening nam, schrijft: ‘Ein kühner Angriffsgedanke, der den groβen Gegner etwas verwirrt.’ Keres antwoordde met 12…Pe6, met duidelijke intenties op f4. Denkt u dat Nievergelt zich daar iets van aantrok?

En of! De Nievergelt-manoeuvre liep enige vertraging op met 13.g3. Pas op de twintigste zet durfde de grondlegger zijn eigen manoeuvre aan en speelde hij 20.g4!, op een moment dat het paard van Keres ver van f4 was verwijderd. Nievergelt overspeelde Keres vervolgens volledig op de g-lijn en hij bereikte na vierendertig zetten een gewonnen eindspel.

Nievergelt Keres
Nievergelt-Keres, na 34.dxe4

Dit is nog niet zo gemakkelijk, maar wit heeft twee pionnen meer en komt snel binnen op g7. Keres wist echter genoeg activiteit bijeen te rommelen en de arme Nievergelt gaf in loeiende tijdnood nog bijna het volle punt cadeau.

Gelukkig bereikte hij nog net een remise, doordat Keres geen pionnen meer overhield. Het toernooi van Nievergelt bleef er een om snel te vergeten. Maar hij maakte zichzelf onvergetelijk door zijn (vertraagde) manoeuvre.


Verder lezen:

  • Arthur van de Oudeweetering: Improve Your Chess Pattern Recognition, New in Chess, 2014.
  • Antonio Iglesias Martín: Erwin Nievergelt: Entre la emoción y el talento, Editorial Club Universitario, 2005. (een biografie van Nievergelt in het Spaans)
  • Schach-Gesellschaft Zürich, 1959 Weltschachturnier, Artemis-Verlag, 1959.

8 mei 2015 by j@p

Jeugdschaken in Hong Kong!

CVCT2008-MatthewTanDoor: IM Matthew Tan
DCA-trainer in Hongkong

Na ruim een maand in Hong Kong ben ik eindelijk hier gesetteld. Was het allemaal anders dan verwacht? Jazeker! Heb ik ook maar enigszins spijt dat ik deze uitdaging aan ben gegaan? Nee, integendeel! Maar laten we bij het begin beginnen.

Toen ik hier begin maart arriveerde, wist ik niet waar ik terecht zou komen. Ik verwachtte een klein kamertje midden tussen alle drukte en een constante mensenmassa om me heen. Een stad die dag en nacht in de weer was en waar men de termen “9 tot 5” en “lunchpauze” helemaal niet kennen. Deze stad is er ook, maar daar ben ik niet terecht gekomen. In plaats van te midden van alle drukte had de voorzitter van Caissa Hong Kong, David Garceran Nieuwenberg -zeg maar gerust Mister Caissa-, een plek geregeld op Discovery Bay. Mijn eerste reactie toen ik hier aankwam was dat ik op een soort vakantieoord terecht was gekomen: vredig, groen en vol met vriendelijke mensen. Je zou het hier gerust een paradijs kunnen noemen.

Je zou zeggen dat met het hele zakelijke en competitieve van Hong Kong, plus het kindvriendelijke van Discovery Bay -maar ook Hong Kong zelf-, er een perfecte omgeving is voor het jeugdschaken om zich te ontwikkelen. Echter, als je naar de elolijst kijkt, zie je dat er nauwelijks spelers boven de 2000 uit komen. Iets dat enigszins vreemd lijkt.

Bij nadere inspectie kwam ik erachter dat de schaakscene hier nog een stuk achter ligt op Nederland, om verschillende redenen. Zo zijn er nauwelijks schaakverenigingen, Caissa is in feite de enige. Jeugdschaken op school is daarentegen vrij populair omdat schaken hier wordt gezien als iets wat je leerontwikkeling stimuleert. Dat is natuurlijk een goede zaak. Het nadeel is echter dat ouders het competitieve gedeelte daardoor minder belangrijk vinden. Hierdoor is er ook een tekort aan toernooien wat eigenlijk de groei van het jeugdschaken stagneert. Want talent is er absoluut! Als voorbeeld heb ik een aantal fragmenten uit een partij tussen twee 9-jarige Caissa-spelers. De zwartspeler Miguel Garceran Wang mocht vorig jaar dankzij zijn Nederlandse roots deelnemen aan het NK t/m 9 en wist daar een tweede plek te bemachtigen, talent genoeg dus!

1. d4 d6 2. c4 Pf6 3. Pc3 e5 4. d×e5 d×e5 5. D×d8+ K×d8 6. Lg5 c6 7. O-O-O+ Ke8 8. Pf3 Pbd7 9. L×f6
Wit probeert zwart met een “lelijke” dubbelpion op te zadelen. Echter, deze blijkt helemaal niet zo zwak te zijn. Een meer ervaren speler zou waarschijnlijk voorlopig liever het loperpaar op het bord houden.

9…g×f6 10. g3 Pc5 (zie diagram)

HongKong 1

“Eén van de belangrijkste doelen voor ons in Hong Kong is om een omgeving te creëren waar de kinderen kunnen trainen, spelen en zichzelf verder kunnen ontwikkelen.” – DCA trainer IM Matthew Tan

11. b4
Een zet die zomaar uit je vingers kan glippen. Het paard wordt “even” weggejaagd, waarna het zijn witveldige loper in de weg komt te staan. Echter, deze pion zal spoedig kwetsbaar worden…
11…Pe6 12. a3
12. b5 Lb4 13. Kc2 Ke7 14. Lg2 En zwart gaat op den duur veld c5 alsnog innemen.
12… a5
Zwart zet direct druk op de damevleugel. Bovendien, als je de a-lijn opent, is het helemaal nog niet nodig om je loper van c8 te ontwikkelen!

 

13. c5 b6!
Structuur? Spanning? Slopen!!

14. Pe4
A) 14. c×b6 a×b4 15. a×b4 L×b4 16. Pe4 Ke7
Zwart heeft alle tijd, de pion op b6 gaat nergens meer naar toe.
B) 14. Pa4 a×b4 15. P×b6 T×a3 16. P×c8 Ta1+ 17. Kd2 T×d1+ 18. K×d1 L×c5 19. e3 Kd7 20. La6 Pc7 21. Lb7 Pd5
Het paard op c8 staat voorlopig ingesloten, en zwart gaat rustig proberen zijn koning naar b8 te spelen en vervolgens de loper weg te jagen met Pc7.

14… Le7 15. Pd6+ L×d6 16. c×d6
16. T×d6 a×b4 17. a×b4 (17. c×b6 b×a3 en de zwarte vrijpion is vele malen sterker dan de witte!) 17… b×c5 18. b×c5 Ld7 19. Lg2 Ke7
Zwart heeft geen haast om c5 te pakken, wit kan hem namelijk toch niet verdedigen. Dit noemen we een Moeilijk Dekbaar Punt, zie stap 5: kwetsbaarheid.

16… a×b4 17. a×b4 Ta1+ 18. Kc2 T×d1
Uitschakelen Verdediging!

19. K×d1 Kd7 20. Lg2 K×d6 21. Kc1 Kc7 22. Pd2 La6  23. e3 Td8 24. Pb1 Lb7 25. Kb2 c5
Zwart creëert een vrijpion en ruilt en passant de lopers af, erg efficiënt.

26. L×b7 K×b7 27. Kb3 c×b4 28. K×b4 (zie diagram)

Hoewel het gebruik van de koning in het eindspel sterk wordt aangeraden, kan deze soms hierdoor ook ongewild in de problemen komen.

28… Pc5 29. Kb5 Td3
Zie jij het matnet al?

30. Tc1 Tb3+! 31. Kc4 Kc6!
En plotseling moet wit zijn hong kong 2paard offeren om mat te voorkomen.

32. Pc3 b5+ 33. P×b5 T×b5 0-1

 Eén van de belangrijkste doelen voor ons in Hong Kong is om een omgeving te creëren waar de kinderen kunnen trainen, spelen en zichzelf verder kunnen ontwikkelen. Dit moet op kleine schaal (het ontstaan van clubs), maar ook op grote schaal (toernooien, competities en trainingen vanuit de bond), worden opgebouwd.

Ons eerstvolgende target is het “World School Championship” in Pattaya, het individuele open kampioenschap voor jeugdschakers. Caissa zal met een delegatie van 8 spelers daarheen afreizen en als voorbereiding hiervoor hebben deze spelers op 3 mei nog een oefenmatch gespeeld tegen 8 Nederlandse talenten. Hoe de match en het WSC zullen verlopen zal te lezen zijn in mijn volgende verslag.

 

13 april 2015 by j@p

Paardspellen

Door: Ad Gorissen
DCA-trainer

Dit zijn enkele paardspellen om uit te voeren.

Paardografie

Dit is te spelen met onderstaande afbeeldingen.

Opdracht 1
Je vertrekt te paard uit Vlissingen en gaat zo snel mogelijk naar je tante in Enschede. Daarna ga je naar de herberg in Groningen. Welke route neem je op het schaakbord met je paard?

Opdracht 2
De volgende dag ga je te paard een ommertje maken; via Leeuwarden en Assen terug naar Groningen. Welke route neem je ditmaal met je paard?

diagrammen voor ad nieuwsbrief maart 2015-1

Zoek zelf de namen van de steden op!
Zoek zelf de namen van de steden op!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Rekenpaarden

diagrammen voor ad nieuwsbrief maart 2015-6

Verzamel met een paardsprong 4 getallen.
Combineer deze getallen door aftrekken, optellen, vermenigvuldigen of delen zodat je als uitkomst het getal 24 krijgt.

Bijvoorbeeld: het witte paard springt naar 4→5→3→1 (velden C7; E8; F6; G8).
Gebruik alle getallen en elk getal maar 1 keer. Oplossing:

5+3=8
4-1=3
3×8=24
Per goed antwoord krijg je 1 punt.

De uitkomsten van het delen, optellen, aftrekken of vermenigvuldigen mag je ook gebruiken om te combineren.
Bijvoorbeeld de getallen zijn 6→7→8→9
9-7 = 2
6:2 = 3
3 x 8 = 24

De getallen op de velden mogen maar eenmaal gebruikt worden (zet een streep door een gebruikt getal). Het paard mag de velden wel meerdere malen gebruiken. In maximaal 7 paardsprongen moeten 4 getallen verzameld worden.
Als het niet lukt in 7 paardsprongen dan gaat de beurt naar de andere (volgende) speler. Je paard moet je dan zetten op een veld aan de rand van het bord en van daaruit mag je weer verder spelen als je aan de beurt bent.

Het getal op het randveld is je eerste cijfer waarmee je gaat combineren.

Als je de getallen niet kunt combineren tot 24 mag je tegenstander het met die getallen proberen. Lukt het hem wel dan krijgt hij een punt.
Daarna is je tegenstander weer aan de beurt.

Voor het zwarte paard ook een opgeloste combinatie:
3→3→9→1
3×9=27
3:1=3
27-3=24 (velden F2;G4;E5;D3)

Wie de meeste (goede) oplossingen (punten) weet te vinden heeft gewonnen.

Extra paardspellen

Muntenspel

diagrammen voor ad paardrekenen-1

Sla zoveel mogelijk fiches.
Tel de waarde van de fiches bij elkaar op.
Wie de meeste punten heeft die wint!

Deze variant komt hier ook uitgebreid aan bod.

Paardquatro’s

diagrammen voor ad nieuwsbrief maart 2015-4

Verzamel met vier paardsprongen 4 getallen.
Maak met deze getallen door optellen en aftrekken het getal 10.
Voorbeeld: het witte paard springt naar G3→F1→H2→F3 en verzamelt de getallen 1, 4, 7 en 2.
1+4=5
5+7=12
12-2=10

Daarna is het zwarte paard aan de beurt.
Voorbeeld: het zwarte paard springt naar B6→D5→B4→A6 en verzamelt de getallen 7, 5, 1 en 3.
7+5 =12
12+1=13
13-3=10
Elke goede oplossing levert je 1 punt op.

Bij aftrekken begin je altijd met het grootste getal. Als je een 3 en 9 hebt geslagen dan is het 9-3 = 6.
Het getal in het veld waarop jouw paard zijn beurt heeft beëindigd telt niet mee voor de volgende beurt.
Kun je met de 4 getallen geen 10 maken, dan mag je tegenstander het proberen met deze 4 getallen. Lukt het je tegenstander wel dan krijgt je tegenstander 1 punt.
Daarna mag je tegenstander nog 4 getallen met zijn eigen Paard slaan en proberen daar 10 van te maken.
Spreek van tevoren het aantal beurten af. Bijvoorbeeld jullie hebben allebei 5 beurten.

Vlaggen verzamelen

diagrammen voor ad nieuwsbrief maart 2015-5

In hoeveel paardsprongen kun je alle vlaggen op je eigen bordhelft verzamelen?

6 april 2015 by j@p

De beste trainingslocatie

Florian JacobsDoor: Florian Jacobs
DCA-trainer en filosoof

Mikhail Botvinnik, de drievoudige wereldkampioen, bereidde zich graag voor op toernooien door trainingspartijen te spelen tegen sterke schakers. Hierin beoefende hij niet alleen openingsvarianten en structurele finesses, maar trainde hij ook extreme situaties die zich tijdens een schaakpartij konden voordoen. Gedurende de trainingspartij stond de radio luid en eens vroeg hij zijn trainingspartner Ragozin zelfs om tijdens de partij rook in zijn gezicht te blazen. Grootmeester Joeri Averbach, een latere trainingspartner, was eerst verbaasd toen hem werd gevraagd om te spelen in zulke kakofonische omstandigheden, maar later begreep hij wat Botvinnik aan het doen was: Botvinnik hardde zich tegen zijn irritaties, zodat zij hem in de toernooipraktijk, als het er echt om ging, niet langer zouden storen. De volgende keer dat de toernooizaal rumoerig was of zijn tegenstander aan het bord rookte en Botvinnik merkte dat hij zich begon te irriteren, wist hij dat hij zich geconditioneerd had tegen dergelijke ongein. Harde training maakt hard in de praktijk.

Was Botvinnik niet in Moskou maar in Amsterdam gelegerd, dan had hij niet lang hoeven zoeken naar een goede trainingslocatie. Menige Amsterdamse club zet graag de muziek aan tijdens de potjes. De speelzaal kan vaak niet vrolijk genoeg zijn. Botvinnik en Ragozin hadden zich heus niet hoeven terugtrekken in een datsja in de polder: het Leidseplein en zijn omgeving alleen hadden hen al meer dan genoeg ruimte, rook en rumoer geboden om Botvinnik gedegen voor te bereiden op zijn volgende krachttoer.

Voor een voorbereiding op een wereldkampioenschap zou ik hem evenwel een andere plek aanraden. Zeker als het om een match tegen Tal gaat, de veelpaffer met de magische blik. Ik zou hem adviseren om de tram naar het Amstelstation te nemen, daar even de woonwijken in te slenteren tot de voetbalvelden opduiken en vervolgens rechtsaf te slaan, de voetbalkantine van ‘AFC Taba’ in. Deze voetbalclub is overigens opgericht in 1933 door een aantal sigarenhandelaren in de Nes, maar omdat ze geen reclame voor tabak mochten maken lieten ze de ‘k’ maar weg. Schaakclub ‘Het Grasmat’ werd hier opgericht in 1987, op initiatief van twee voetballers die ook graag een potje mochten schaken. Door de jaren heen is de club gegroeid tot bijna mythologische proporties: ik ken geen Amsterdamse schaker die bij het horen van de naam geen anekdote paraat heeft. Reclame voor tabak is misschien taboe, maar bij ‘Het Grasmat’ maken ze de oprichters van ‘AFC Taba’ trots.

Bij binnenkomst liggen de jassen overal, op tafels en op stoelen. Geen kapstok in zicht. De borden zijn moeilijk waarneembaar: de stukken lijken de hele partij lang gedompeld in dichte schaduwen. Zou Botvinnik ook bij matig licht hebben getraind? Het is warm, heel warm: de lente treedt pas een week later in en er wordt nog flink gestookt, waardoor alle geuren blijven hangen in het speellokaal: de geur van shag, vanzelfsprekend – Ragozin, blijf roken! – maar ook die van gemorste koffie (dat was mijn fout), een beginnend zweem van bier dat steeds hardnekkiger wordt en de walm van opwarmmaaltijden. Ja, Botvinnik, daar had u vast nog niet aan gedacht, maar bij ‘Het Grasmat’ klingelt van tijd tot tijd de magnetron waarna een dampend bord nasi opduikt en een hongerige arbiter of toeschouwer smakelijk begint te eten. De bar is in de speelzaal. Toeschouwers schuiven een reeds weer in de beginstelling opgezet bord opzij om pal naast een ander bord te kunnen zitten. Achter het bord wordt verbrokkeld, gerold, zorgvuldig geprepareerd en het resultaat even aangestoken voor de finishing touch. Dan een snelle zet, en rap naar buiten. Voor show, ten slotte, is ook plaats: een gemiste winst wordt begroet met de opgelucht wapperende hand van de ontsnapte tegenstander. Nee, de woonkamer van Botvinniks datsja is een speeltuin in vergelijking met de sportschool van ‘Het Grasmat’.

Ik ben ‘Het Grasmat’ dankbaar. Hier leert de beginnende schaker die aan het spelletje snuffelt waar het óók om te doen is. Schaken is meer dan acht bij acht velden. Het spel begint weliswaar bij die vierenzestig helder onderscheiden ruimten waarop tweeëndertig stukken hun energie botvieren, maar die helderheid bevindt zich nooit in een vacuüm. Alles wat zich om het schaakspel beweegt, speelt een rol in de partij, en een deel van schaakmeesterschap bestaat in de herkenning van, de aanpassing aan en de overmeestering van alle randzaken. De allergrootsten weten dit, trainen ervoor en bereiken controle over zichzelf te midden van alle afleidingsperikelen.

6 april 2015 by j@p

Pionnen als soldaten: Breekzet!

 

CVCT2008-MatthewTanDoor: IM Matthew Tan
DCA-trainer in Hongkong

Vaak stellen wij pionnen voor als simpele soldaten. Manschappen die je gebruikt als eerste lijn van verdediging omdat ze, vanwege beperkte mobiliteit, in eerste instantie voor niet veel meer geschikt zijn. Echter, wanneer je deze soldaten op de juiste manier neerzet en ze een gezamenlijke verdedigingslinie laat vormen, zul je zien dat zelfs de sterkere manschappen moeite hebben langs deze “muur” te komen. Daarentegen, wanneer ze alleen staan en op zichzelf aangewezen zijn, zijn ze kwetsbaar en zullen snel “verslagen” worden en verloren gaan.
De manier waarop de pionnen worden neergezet bepalen de structuur en daarmee het karakter van het bord. De structuur wordt voornamelijk vastgelegd door de pionnen in het midden, aangezien deze over het algemeen als eerste worden gebruikt en het meeste invloed hebben op het bord. Wanneer de pionnen een confrontatie aangaan (elkaar kunnen slaan), dan noemen we dit spanning. Het gevolg van spanning kan zijn dat pionnen worden geslagen, waardoor mogelijkerwijs de structuur verandert.

Breekzet

 

In het volgende voorbeeld zien we een stelling waarin wit het overwicht heeft. Jobava, met zwart, heeft echter zijn pionnen zo neergezet dat het heel lastig is voor wit om de zwarte defensie open te breken en binnen te dringen met zijn stukken. Maar wanneer er zich een tactische mogelijkheid voordoet, slaat Grischuk hardhandig een bres in de zwarte muur om daarna het pleit in zijn voordeel te beslechten.

 

Grischuk-Jobava

 

Grischuk-Jobava, na zet 23.
Grischuk-Jobava, op zet 23

(zie diagram)

23… Pc8
Nog net op tijd weet zwart alles af te dekken. Alle witte stukken staan vrijwel optimaal en hij lijkt niet verder te kunnen komen… Of toch wel?

24. d5!
Zag u deze (functionele) breekzet aankomen?

24… c×d5 25. L×d5 b5

25… e×d5 26. T×d5 Het idee van Grischuks 24e zet! Zwart kan niks meer doen tegen alle dreigingen. Allereerst dreigt wit gewoon op d7 te slaan gevolgd door een dodelijk aftrekschaak. Daarnaast heeft hij ook nog de mogelijkheid om simpelweg te verdubbelen op de d-lijn en zo het paard terug te winnen: 26… Kg8 (26… Pe7 27. T×d7) 27. Tcd1

26. Lc6

Nu alle lijnen geopend zijn, is het slechts een kwestie van het binnenbrengen van de manschappen.

26… b×c4 27. T×d7 Dg5 28. Lb7 Pe7 29. De3

Er zijn hier meerdere goede zetten.

Echter, de absolute toppers blinken uit in het omzetten van voordelen. Grischuk heeft zich gerealiseerd dat zwart in een eindspel vrijwel kansloos is. 29. f4 Dh4 30. g3 D×h3 31. T×e7 Thd8 32. Lg2 Dg4 Wit heeft hier weliswaar een stuk meer, maar door alle zwakke pionnen is het nog niet zo makkelijk om dit om te zetten in een overwinning. 33. Df3 D×f3 34. L×f3 T×b2 35. Ta7 Td3 36. Tf1 Tbb3 37. Kg2 c3 En wit zal nog hard moeten werken.

29… D×e3 30. f×e3 Pf5 31. T×c4 P×e3 32. Tc6

32. Tcc7! Thf8 33. Kf2 Pd5 34. Tc6 Pf4 35. Tcd6 Het witte idee is simpel, een vrije a-pion creëren met b2-b4-b5.

32… Thd8 33. T×d8 T×d8 34. T×a6 Td1+ 35. Kf2 Pc4 36. b3! P×e5 37. Tb6 Ta1 38. a6 Kf6 39. Tb5 Ta3 40. Ke2 h4

De 40e zet is bereikt en beide spelers hebben de mogelijkheid om de stelling rustig te evalueren. Jobava realiseert zich al snel dat het een hopeloze zaak is. Mocht u het niet direct zien, probeer het dan zelf eerst op een bord voordat u er een engine op loslaat. 1-0 

In dit fragment zien we dat Grischuk een breekzet nodig had om te zorgen dat zijn stukken, met name de torens, de zwarte stelling binnen kunnen dringen. Zodra hij dit had bereikt, was de rest een kwestie van techniek. Grischuk maakte in deze partij gebruik van een functionele breekzet. Dit is een breekzet die direct tot een ander voordeel moeten leiden, zoals bijvoorbeeld sterk veld of in dit geval open lijnen (banen). De breekzet wordt in dit geval direct gebruikt als diagram breekzetten 1middel.

Andere voorbeelden

Zie het diagram rechts. Dit is een bekende Franse structuur. Hoe gaan wit en zwart proberen de vijandelijke keten aan te tasten? Ze gaan focussen op het meest kwetsbare punt, namelijk de achterste vastgelegde vijandelijk pion (de basis). Voor wit is dit e6, voor zwart is dit c3. Het witte idee is dus het spelen van f4-f5.
1. f4 g6
1… h6 2. g4 Wit kan met zowel f5 als g5 de zwarte stelling nu aantasten.
2. h4
Nu kunnen we de zwarte structuur aanpakken met h5.

diagram breekzetten 2diagram breekzetten 3

 

 

 

 

 

 

 

 

Door middel van de gespeelde breekzet b4 creëert zwart een sterk veld op d4.

Om zijn materiële voordeel uit te buiten moet zwart de witte pionstructuur op de koningsvleugel slopen.

1… h5! 2. Ke3 g5 3. Th2 Td8 4. Th1 g4!

Matthew Tan – Boulahfa

Niet zo lang geleden had ik kreeg ik zelf de kans om door middel van enkele functionele en niet-functionele breekzetten de partij naar mijn hand te zetten.

1. e4 e6 2. d4 d5 3. e5
De doorschuifvariant van het Frans. Het idee is om sterk vooruitgeschoven centrum te creëren, zodat wit meer ruimte heeft om zijn stukken te bewegen. De structuur is door deze zet in eerste instantie vastgelegd. Zwart kan proberen om druk te zetten (spanning creëren) op dit centrum door middel van c5 en f6.

3… c5 4. c3 Pc6 5. Pf3 f6
Zwart probeert direct meer druk te zetten op het witte centrum. Echter was het handiger geweest om eerst 5… d7 6.Ld3 in te lassen. 5… Db6 6. a3 Ph6 7. b4 c×d4 8. c×d4 Pf5 9. Lb2 In deze variant richten zowel zwart als wit zich voornamelijk op d4. 5… Ld7 6. Le2 (6. Ld3 Db6) 6… f6 7. O-O Dc7 8. Te1

6. Ld3
Wit grijpt zijn kans en zet zijn loper op d3. Hier staat hij natuurlijk actiever dan op e2.

6… Dc7 7. O-O

Laat zich niet dwingen om op f6 te pakken, waarna zwart direct al zijn stukken naar actieve velden kan ontwikkelen. 7. e×f6? N×f6 8. O-O Ld6

7… f×e5 8. d×e5 g6

Matthew Tan-Boulahfa
Matthew Tan-Boulahfa

Met een loper op g7 kan zwart natuurlijk nog wat extra druk zetten op e5. Als hij dan nog verder kan ontwikkelen met Pge7, Ld7 en 0-0 dan heeft hij de opening op een gezonde manier overleefd. Helaas heeft hij niet zoveel tijd…

8… P×e5 9. P×e5 D×e5 10. Te1 Dd6 (10… Df6? 11. Dh5+ Kd7 (11… g6 12. D×d5) 12. Lg5) 11. Pa3 a6 12. Dh5+ Kd8 13. Dg5+ Pf6 14. Lf4

Zwart heeft nog nauwelijks iets ontwikkeld en bovendien staat zijn koning voorlopig ook nog vast in het midden. Daarentegen heeft wit na Tad1 al zijn stukken in het spel, slechts ten koste van één pion.

9. c4!
Een poging om het zwarte centrum kapot te maken. Wanneer zwart slaat of doorschuift, heeft wit de mogelijkheid om een paard op e4 neer te zetten die naar de prachtige velden f6 en d6 kijkt.

9… Lg7
9… d×c4 10. L×c4 Lg7 11. Pc3 a6 12. Pe4

9… d4 10. Pbd2
A) 10… P×e5 11. P×e5 D×e5 12. Te1 Dc7 13. Pe4 Lg7 14. b4 Breekt de zwarte pionstructuur open! c×b4 15. Da4+ Ld7 16. D×b4
B) 10… Lg7 11. Pe4 P×e5 12. P×e5 L×e5 13. f4 Ld6

Zie analyse-diagram 1.
Het lijkt erop alsof zwart alles bij elkaar weet te houden.

14. b4! Wederom deze breekzet!

A)14… b6 15. P×d6+ D×d6 16. f5 Koning in het midden? Open de lijnen! Ook hiervoor gebruiken we breekzetten. g×f5 17. Df3 Db8 18. Le4!!

B)14… c×b4 15. Lb2 Lc5 16. Lb1

C)14… Pe7 15. b×c5 L×c5 16. P×c5 D×c5 17. Le4 O-O 18. Dd3
Zie analyse-diagram 2.

Wit haalt nu d4 op waarna het weer materieel gelijk staat. De zwarte stelling is echter een ruïne en zwart kan zijn damevleugel ook niet ontwikkelen.

diagram breekzetten 5
Analyse-diagram 1
diagram breekzetten 6
Analyse-diagram 2

 

 

 

 

 

 

 

 

Terug naar de partij:
10. c×d5 e×d5 11. Pc3 Dubbele aanval.
11… Pge7 12. Pb5 Db6 13. Pd6+ Kd7 14. Lf4 Tf8

diagram breekzetten 7

Zie diagram. Hoe zorgt wit dat de zwarte koning niet ontsnapt naar veiligere oorden?

15. e6+ Kd8
15… K×e6 16. Pg5+ Kd7 17. Dg4+ Kc7 (17… Pf5 18. P×h7; 17… Kd8 18. P×c8) 18. Pdf7+ Le5 19. L×e5+ P×e5 20. Dg3

16. Pf7+ Ke8 17. P3g5 L×e6 18. Pd6+ Kd7 19. P×e6 T×f4
19… K×e6 20. Dg4+ Kf6 21. Tae1 Lh8 22. Dg5+ Kg7 23. T×e7+ P×e7 24. D×e7+ Kg8 25. De6+ Kg7 26. Le5+ Kh6 27. Dh3+

20. P×f4 K×d6 21. Dg4
Hoewel zwart al één pion voor de kwaliteit heeft, is het onmogelijk om zijn koning uit het centrum te krijgen.

21… c4
21… D×b2 22. Tab1 Df6 23. T×b7; 21… Le5 22. Tfe1; 21… Db4 22. De6+ Kc7 23. Df7

22. De6+ Kc5 23. Tac1 L×b2 24. P×d5

De les

De pionnen vormen het geraamte, het fundament van de stelling. Hoe de pionnen opgesteld staan en de samenhang hiervan, noemen we de structuur. Wanneer pionnen alleen staan zijn ze zwak en kwetsbaar. Wanneer pionnen gegroepeerd staan en elkaar ondersteunen spreken we van een sterke (pion)structuur.

Als de tegenstander een sterke structuur heeft, willen we deze slopen. We voeren eerst de spanning op de structuur op, om vervolgens met een breekzet de structuur kapot te slaan. Een breekzet kan leiden tot het creëren van een sterk veld of open banen, in dat geval spreken we van een functionele breekzet.

Daarentegen heeft een niet-functionele breekzet geen direct doel. Het lange-termijn-doel van de breekzet kan dan bijvoorbeeld zijn om de pionstructuur kapot te maken, zodat de pionnen zwak worden en deze op een later moment opgehaald kunnen worden.

Mocht je meer over dit onderwerp willen weten, Lees dan eens uit de stappenmethode! Stap 5, hoofdstuk 4: Gebruik van pionnen. Ben je benieuwd hoe het met IM Matthew Tan in Hong Kong gaat? Lees dan zijn artikel over Hong Kong!

Opgaven

In de volgende opgaven kun je jezelf op dit onderwerp testen. In beide stellingen is wit aan zet.

Opgave 1
Opgave 1
Opgave 2
Opgave 2

 

  • « Ga naar Vorige pagina
  • Ga naar pagina 1
  • Ga naar pagina 2
  • Ga naar pagina 3
  • Ga naar Volgende pagina »

Primaire Sidebar

Aankomende activiteiten

  • 13 mei 20:00
    Online Clubtraining vanaf 1850 elo
  • 15 mei 20:00
    Online Clubtraining tot 1750 elo
  • 3 jun 20:00
    Online Clubtraining vanaf 1850 elo
  • 5 jun 20:00
    Online Clubtraining tot 1750 elo

 

Volledige agenda

schaaktrainer.nl © 2025 | privacy statement
Website realisatie & advies: Webfundament